Tenor Peter Gijsbertsen zingt wat hij krijgt
- At juli 31, 2019
- By Rudolf
- In Klassieke muziek
- 0
Het was dat tenor Peter Gijsbertsen (1983) werd gevraagd voor de schoolmusical, anders was hij waarschijnlijk niet in de muziek terechtgekomen. Bariton Robbert Muuse spoorde hem aan meer te zingen en uiteindelijk ging hij studeren aan het Conservatorium in Utrecht. Nog tijdens zijn studie won hij in 2007 een studiebeurs: de John Christie Award in Glyndebourne.
Toen hij in 2012 de hoofdprijs voor het Lied op het bekende Internationale Vocalisten Concours Den Bosch won, was zijn naam definitief gevestigd. Aankomende maanden speelt hij bij een klein Belgisch operagezelschap The ministry of operatic affairs in de opera ‘Cosi fan tutte’ van Mozart. Volgende week zaterdag geeft deze rising star een liedrecital voor de Muziekkring in Baarn.
Glyndebourne
In een Amsterdamse koffiecorner, net terug uit Antwerpen, legt Gijsbertsen uit dat hij voor operarollen veelal in het buitenland zit en met oratoria en liedrecitals in Nederland. Zijn carrière begon in Glyndebourne. ,,Aan die beurs heb ik veel gehad. Ik kon lessen volgen die je moest betalen, ik liep stage in producties en ik heb zelfs een cursus Italiaans gevolgd.”
Een voorkeur voor een zangdiscipline heeft de lichte lyrische tenor niet. ,,Ik zing wat ik aangeboden krijg. In ‘Cosi fan tutte’ spring ik over de bühne en bij een oratoriumkoor sta je met de tekst in je handen en kun je je volledig concentreren op de muziek. Bij recitals heb je alleen maar te maken met jezelf en de pianist. Dat is vaak makkelijker.”
Robert Schumann (1810 – 1856) en ‘A young man’s exhortation’ van Gerald Finzi (1901 – 1956) op gedichten van Thomas Hardy. ,,Voor het publiek zal deze cyclus van Finzi even wennen zijn. Zijn werk is redelijk onbekend. Als zanger moet je echt in de tekst duiken en het gevoel erbij zoeken. De cyclus bestaat uit twee delen: deel één is een weerspiegeling van deel twee. Lied één gaat over soldaten die flirten met de meisjes op de boulevard, en de latere liederen over oude mannen die zich afvragen waar de mooie meisjes van vroeger zijn gebleven? Treurig zo hier en daar.”
Desperate
Over ‘Dichterliebe’ denkt hij nuchter: ,,Als je de tekst en muziek beluistert, dan weet je eigenlijk al genoeg. Ik zie ‘Dichterliebe’ als kleine miniatuurtjes die gaan over liefdesverdriet, of een liefde die je niet kunt bereiken of een waanbeeld.” Voor de tenor is zingen niet alleen techniek; het is ook het kruipen in de rol van zijn protagonist. ,,Je moet direct de sfeer kunnen neerzetten. De mensen moeten zien dat je soms boos en desperate bent. Je moet het zelf ook voelen. Als je niet iets voelt, kun je het beter niet zingen. Dan wordt het geen muziek.” Over zijn toekomst zegt hij: ,,Ik wil mijn techniek bijschaven en in alle drie de genres actief blijven en me verder ontwikkelen. Ja, er zijn nog slagen te maken.”
Liederenrecital Baarnse Muziekkring met Peter Gijsbertsen (tenor) en Yvonne Gesler (piano).