Schöne Magelone is een soap
- At augustus 07, 2019
- By Rudolf
- In Klassieke muziek
- 0
Componist Johannes Brahms (1833-1863) had moeite met theatrale muziek. Een opera heeft hij nooit geschreven. De liederencyclus met verteller ‘Die Schöne Magelone op. 33’ is dan ook een opvallende compositie in zijn oeuvre. De reeks bestaat uit vijftien liederen en is gebaseerd op het romantische verhaal ‘Die Liebesgeschichte der schöne Magelone und des Grafen Peter von Provence’ van Ludwig Tieck (1773- 1853). Drie uitvoerenden van topklasse brengen deze muzikale voorstelling voor het voetlicht: mezzosopraan Karin Strobos, pianist Thomas Beijer en acteur Sieger Sloot.
Ridderroman
Thomas Beijer over de reden dat Brahms geen theatrale muziekcompositie schreef: ,,Hij schijnt gezegd te hebben ‘Twee dingen moet je nooit doen: trouwen en een opera schrijven.” Beide heeft hij dan ook niet gedaan, maar uit een wel degelijk aanwezig gevoel voor drama heeft hij het middeleeuwse liefdesverhaal van Magelone en Peter van Ludwig Tieck gebruikt. Tieck, een van de vroege schrijvers van de Romantiek, baseerde zijn verhaal weer op een stichtelijk ridderroman uit 1527 van Veit Warbeck.
Graaf Peter van de Provence trekt de wijde wereld in en ontmoet tijdens een riddertoernooi in Napels prinses Magelone. Ze worden verliefd, maar haar vader wil niet dat zij met Peter trouwt. Samen vluchten ze weg. Magelone krijgt van Peter drie ringen die echter opeens gestolen worden door een raaf. In een bootje gaat hij achter de raaf aan. Hij verdwaalt en belandt in een rijk van een sultan. Die heeft een dochter, die verliefd wordt op Peter. Ook zij gaan ervandoor. Uiteindelijk komt Peter thuis en herenigt hij zich met Magelone.
Schöne Magelone
Pianist Beijer debuteerde vorig jaar als schrijver met de roman ‘Geen Jalapeños’. Hij ziet ‘Die Schöne Magelone’ als een middeleeuwse soap. ,,Het bevat allerlei liefdesverwikkelingen die door hun absurdistische wendingen een beetje lachwekkend aandoen. In het origineel is Peter een godvrezend man. Tieck heeft echter alle christelijke teksten eruit gelaten. Ten tijde van de Verlichting kon je daar ook niet meer mee aankomen.” Peter is geen stoere ridder. ,,Hij is nogal een slappeling. Als hij de weg kwijtraakt zwelgt hij de hele tijd in zelfmedelijden. Het is leuk dat hij een beetje een sul is, anders werd het een saai ridderverhaal.”
Sieger Sloot heeft de tekst bewerkt. ,,Hij heeft het hier en daar wat opgeklopt en voorzien van snedig commentaar. De vierde wand wordt ook doorbroken.” Het is een schoolvoorbeeld van romantische literatuur. ,,Romantischer krijg je het niet. Of het lijkt op Goethe’s ‘Werther’? Daar heeft het wel wat van weg, maar dit is echt meer amusement.”
‘Die Schöne Magelone’ van Johannes Brahms. Met Karin Strobos (mezzosopraan), Sieger Sloot (acteur) en Thomas Beijer (piano). www.thomasbeijer.com
Karin Strobos en Felica van den End plaatsgenoten
- At augustus 02, 2019
- By Rudolf
- In Klassieke muziek, Overigen
- 0
In de Van Houtenkerk in Weesp zal voor de vierde keer het Weesp Chamber Music Festival plaatsvinden. Initiator van dit kamermuziekfestival is het Brits-Nederlands Navarra String Quartet en wederom zijn er bevriende topmusici uitgenodigd om te komen spelen. Bezoekers kunnen muziek verwachten onder andere van het Navarra Quartet, het Elias Quartet en het trio Daria van den Bercken (piano), Felicia van den End (fluit) en mezzosopraan Karin Strobos.
Het toeval wil dat Felicia van den End en Karin Strobos beiden in Weesp wonen. Een mooie gelegenheid voor een dubbelinterview. Op dit moment is Strobos verbonden aan De Nederlandse Opera en heeft ze tevens een vaste betrekking als eerste mezzosopraan in het Aalto-Musiktheater in Essen. Ze kreeg in één klap grote bekendheid toen ze in 2011 mocht invallen voor de rol van Octavian in de opera ‘Der Rosenkavalier’.
Van den End treedt veel op met kamermuziek en maakt deel uit van het prestigieuze New European Ensemble. Met fluitspelen begon ze toen ze tien jaar oud was. Haar moeder speelde als amateur dwarsfluit. ,,Ik hoorde altijd fluit om me heen. Het was niet eens een bewuste keuze; ik begon gewoon ook te spelen.” Ze had talent en kwam op haar twaalfde in de Jong Talentklas van fluitdocent Abbie de Quant aan het Conservatorium in Utrecht. ,,Het was fantastisch! Je krijgt dan al heel jong heel goed les. Je hebt dan een voorsprong op kinderen die nog niet goed les krijgen.”
Het drietal kent elkaar van het muziekconcours Het Debuut in 2009. Daria van den Bercken en Felicia waren een duo en auditeerde toen voor deze promotietraject van klassiek muziek. Ton Hartsuiker (toenmalig directeur Conservatorium Utrecht) bracht ze bij elkaar. Karin Strobos: ,,In het begin vond ik het wel heel spannend want ik werd toegevoegd aan een bestaand ensemble. We hebben een paar weken gerepeteerd en een try-out gedaan en merkten tijdens het uitvoeren dat we echt een klik hadden.” Felicia: ,,Het is wel uniek dat het na zoveel jaren nog goed zit.”
Fluit, zang en piano is geen gebruikelijke kamermuziekcombinatie. Het aanbod van composities is schaars. Speciaal voor het trio is er bestaand repertoire bewerkt en nieuw werk geschreven. Strobos: ,,Wijnand van Klaveren heeft voor ons Fauré-liederen bewerkt en David Dramm schreef het indrukwekkende stuk ‘Bloedengel’ (op een gedicht van Ingrid Jonker, RH).” Op verzoek van de organisatie van het festival speelt het trio in het bijzonder repertoire van Franse componisten. Strobos: ,,Van Ravel doen we een stuk uit de Shéhérazade en van Chausson ‘Chanson perpétuelle’. Bovendien spelen we met het Navarra kwartet en in andere samenstellingen.”
Niet elke operazanger zingt makkelijk liederen. Strobos legt uit dat ze beide genres graag zingt. ,,Ik heb het beide nodig om plezier in zingen te houden. Met kamermuziek kan je meer op het randje van je stem zingen: kleiner en met veel meer kleuren. Er ontstaan ook meer dingen, soms momentjes die je niet kunt repeteren, zoals dat moet bij opera.”
Van den End vult aan dat Strobos’ stem makkelijk kleurt bij haar fluitgeluid. ,,Haar stembereik van mezzosopraan vind ik warmer dan dat van een sopraan. Niet te schel of te hoog.” Strobos woont en werkt de helft van de tijd in Essen. Het is soms een heel georganiseer. ,,Maar het is daar een leuke werkplek en ik krijg alle kansen die ik wil. In het eerste jaar zong ik allerlei rollen, maar nu ben ik eerste mezzosopraan en dat betekent dat ik maar vier of vijf grote rollen per jaar zing. Dat is goed te combineren met mijn gezin en werk hier in Nederland.”
Beide jonge vrouwen wonen nog niet zo lang in Weesp en komen uit Amsterdam. Van den End: ,,Het voelt hier net alsof ik nog in Amsterdam woon.” Strobos: ,,Weesp heeft een eigen historie en grachten en vanaf dag één voelde ik mij hier thuis. Het is de eerste keer dat we optreden in de Van Houtenkerk. Het zal zeker niet de laatste keer zijn.”
Weesp Chamber Music Festival 2017 vond plaats op 17, 18 en 19 maart in Weesp. www.weespchambermusicfestival.nl
Goed om klein te blijven zingen
- At februari 18, 2015
- By Rudolf
- In Klassieke muziek
- 0
Mezzosopraan Karin Strobos maakte in 2011 furore bij De Nederlandse Opera toen ze in mocht vallen voor de rol van Octavian in de opera ‘Der Rosenkavalier’. Haar uitstraling en de tomeloze energie waarmee zij deze en andere rollen vertolkte, bleven ook in het buitenland niet onopgemerkt. Sinds één jaar is Strobos als vast ensemblelid verbonden aan het Aalto-Musiktheater in Essen. De helft van het seizoen woont en werkt ze daar. Voor een recital met fluit- en pianomuziek in Soestduinen, volgende week zondag, komt ze even over.
De mezzosopraan heeft net voor anderhalf jaar bijgetekend in Essen. Ze koos voor vastigheid. ,,Als je als zanger freelance gaat werken dan ben je fulltime aan het werk. Ik heb ook een dochtertje van twee jaar waarvoor ik graag wil zorgen. Bovendien heb ik na mijn afstuderen in 2007 overal hoofdrollen gezongen: bij De Nederlandse Opera, de Reisopera en Opera Zuid, maar die konden mij niet meer bieden wat ik nu heb. Het was goed om uit Nederland weg te gaan. Je wilt ook door, en meer ervaring opdoen.”
Gepuzzel
Hoe is het om als moeder een carrière te hebben én een gezin? ,,Madeleine Albright (de Amerikaanse ex-minister van Buitenlandse zaken) zei in een interview, dat moeders die ook voor een carrière kiezen, een schuldgevoel hebben. Als je bij je kind bent dan ben je niet bezig met je werk en vice versa. Ergens herken ik dat wel. Het is moeilijk. Ik weet ook dat ik geen leuke moeder zou zijn als ik niet werk.”
Als haar dochtertje om de week bij haar is, is ze afhankelijk van oppassers. Het is een enorme organisatie en gepuzzel. ,,Hier is het zo: als je een vrije dag wilt, dan moet je tien dagen aan één stuk hebben gewerkt. Wat mij helpt is dat het niet voor altijd is en ik heb gelukkig een man die op zijn werk een goede ouderschapsregeling heeft. Het maakt het leven in ieder geval wel kleurrijker en voller.”
Als haar agenda het toelaat geeft ze recitals in Nederland. ,,Ik wil naast de opera kamermuziek blijven maken, dat heb ik ook nodig voor mijn muzikale ontwikkeling en stem. Het is goed om klein te blijven zingen.” Het duo fluitiste Felicia van den End en pianiste Daria van den Bercken met wie ze doorgaans optreedt, is geen gebruikelijke kamermuziekcombinatie. ,,Wij deden alle drie in 2008 auditie voor muziekconcours Het Debuut. Wij werden aangenomen en bij elkaar gezet.
Het was even slikken omdat ik al afspraken had met anderen. Maar er was meteen een superklik. We dagen elkaar op het podium op een positieve manier uit. Het is soms lastig wat betreft repertoire, maar wij laten speciaal muziek schrijven of arrangeren. Zo spelen we geregeld een opera aria met de fluitpartij die uit de orkestpartijen is gehaald. En natuurlijk combinaties van stukken met alleen fluit en piano. ”
Recital voor Muziekkring Eemland met Karin Strobos (mezzosopraan), Daria van den Bercken (piano) en Ingrid Geerlings (fluit) zij vervangt Felicia van den End. Muziek o.a. Rossini, Debussy en Ravel. Was te zien: 15 februari, 2015 Hilton Royal parc, Soestduinen. Eerder gepubliceerd in de Gooi- en Eemlander op 7 februari 2015
Vind je dit een goed artikel? Wil je mij steunen? Klik op doneren. [wpedon id=”1023″]