
De gedichten van M. Vasalis (1909-1989) worden troostgedichten genoemd. Een gedicht als ‘Zo veel soorten van verdriet, ik noem ze niet’ (Sotto Voce) vind je vaak terug in rouwadvertenties. Janne Schra, zangeres en kunstschilderes, zette samen met pianist Reinout Douma en het Noordpool Orkest haar tijdloze gedichten op muziek. Op 16 december zingt Schra, met Douma aan de piano, gedichten van Vasalis in het Rosa Spier Huis in Laren.
Janne Schra (1981) groeide op in Huizen en woont momenteel in Amsterdam-Noord. Na het vwo, voltooid op scholengemeenschap Huizermaat studeerde ze af aan de audiovisuele media-opleiding van de Hogeschool voor de Kunsten Utrecht. ,,Ik zeg altijd dat ik dingen maak: liedjes en schilderijen, en dat ik met mijn liedjes optreed.” De meeste mensen kennen haar van de Nederlandse pop- en jazzband Room Eleven (2001-2010) en als soloartiest. Haar eerste soloalbum kwam uit in 2013 onder de simpele titel ‘Janne Schra’. Twee jaar later volgde ‘Ponzo’, die een nominatie kreeg voor zowel een Edison en een 3voor12-Award. Onder de naam Schradinova schildert Schra kleurrijke portretten.
Vasalis
Vier jaar geleden werd Schra door Reinout Douma van het Noordpool Orkest (bigband met strijkers) gevraagd om een Vasalis-programma te maken. Toevallig kende ze Vasalis en haar werk goed. ,,Op de Huizermaat heb ik over haar een werkstuk geschreven. Dat was niet heel best, gewoonweg omdat mijn puberbrein toen niet veel van haar werk begreep. Wel wist ik dat ik nog meer met haar werk wilde doen, maar dat kwam er maar niet van, totdat Reinout mij vroeg. Ik zei natuurlijk meteen ja. Hij koos mij omdat ik in mijn songs in detail over mijn gevoelsleven schrijf.” In 2016 deden ze voor het eerst een Vasalis-tour.
,,Om Vasalis’ gedichten dichtbij te krijgen heb ik haar biografie gelezen van de hand van Maaike Meijer. Daarin komt naar voren dat Vasalis een zeer sterke persoonlijkheid was. En niet alleen maar iemand die zo gevoelig was in haar gedichten. Ze was heel professioneel in haar werk en een lieve moeder en oma. Een evenwichtige vrouw. Ik heb veel respect voor haar.”
Afsluitdijk
Vasalis, pseudoniem van Margaretha Droogleever Fortuyn-Leenmans werkte als kinderpsychiater in Groningen. Tijdens haar leven verschenen, tussen 1940 en 1954, maar drie dichtbundels. Een klein oeuvre van 100 gedichten. Schra en Douma zullen in Laren klassiekers laten horen als ‘Tijd’, ‘Afsluitdijk’, en ‘Drank, de onberekenbare’. Of de gedichten niet oubollig zijn? ,,Het zijn oude gedichten, maar we hebben er expres tijdloze muziek onder gezet. Zo kunnen de teksten zowel uit de jaren vijftig of uit 2040 komen. Vasalis maakte niet gebruik van vaste rijmschema’s. Ik zing precies de tekst die ze geschreven heeft. Soms herhaal ik een versregel; dan krijg het gedicht iets mee-zingbaars.”
‘Vasalis’ Janne Schra zingt gedichten M. Vasalis en trad op, op zondag 16 december 2018, in Rosa Spier Huis, Laren. Piano: Reinout Douma. www.rosaspierhuis.nl
Jean Pierre Rawie behoort tot de bestverkopende dichters van Nederland. Zijn gedichten staan veelvuldig in rouwadvertenties en worden op muziek gezet. Het kleinkunsttrio De heren rond Rawie creëerde een avondvullend muziekprogramma met zijn prachtigste gedichten en het heet ‘Dit alles’. Er zullen woorden klinken van treurnis en humor, en klanken van de blues.
Pianist Mattijs Verhallen nam bijna twee jaar geleden het initiatief voor een theaterconcert rond Rawie’s werk. Samen met Ludo van der Winkel (contrabasist) en theatermaker Bas Marée werd een crowdfundingcampagne opgezet. Want de bedoeling is dat De heren rond Rawie van ‘Dit alles’ ook een cd gaan uitbrengen. ,,Ik kende het werk van Rawie niet bewust”, licht Bas Marée toe. ,,Ik kwam er achter dat Maarten van Rozendaal bijvoorbeeld teksten van Rawie op muziek had gezet. En ik luisterde altijd naar het lied ‘Ursa minor’ (gezongen door Willem Nijholt RH.) met muziek van Frans Ehlhart. Dat is schitterend en ook nooit beseft dat het van Rawie was.”
chianti
Rawie’s gedichten zijn niet altijd vrolijk. ,,Terugkerende thema’s zijn de dood en de ellende in de liefde. Maar ik vind zijn werk ook grappig. Een goed voorbeeld is het gedicht ‘Madonna’: ‘Na een litertje chianti bij de lasagne, vertel je aan elke toevallige vent weer dat mislukte leventje van je, en waarom je van wie gescheiden bent.’ Het is troost in de treurnis.”
Een ander kenmerk van Rawie’s werk is de vormvastheid. Hij maakt veelvuldig gebruik van de sonnetvorm, het kwatrijn en het rondeel. ,,Zijn prachtige rijmschema’s zijn metrisch perfect. Er zit al een goede structuur in en dat maakt het zeer geschikt om er muziek bij te componeren. Het is muzikaal geschreven.”
‘Dit alles’ bestaat uit verhalen over Rawie als persoon en het muzikaal weergeven van ruim twintig van zijn gedichten. ,,We vertellen dat wij hem een keer tijdens een repetitie hebben ontmoet en dat hij ook naar onze voorstelling is komen kijken. Dat was wel spannend. Hij zat toen in de zaal met een glimlach op zijn lippen en na afloop kwam hij naar ons toe. ‘Ik heb nooit geweten dat er zoveel humor in mijn werk zat’.
Maden
Naast humor is de muziek sfeerbepalend voor de voorstelling. ,,We blijven wat muziek betreft in de blues hangen, maar op een gedicht als ‘Maden ballade’ hebben we ook cabaret-achtige muziek. Het is een hele grappige tekst over leven onder de grond. Als iemand begraven is dan begint het feest voor de dikke vette maden.” Rawie is een echte woordkunstenaar. ,,Zijn vocabulaire en hoe hij spreekt is zo rijk. Je gaat acuut over je eigen woorden nadenken.”
‘Dit alles’ van De heren rond Rawie.

Drie jaar lang is prentenmaker Gijs Elzinga (74)in zijn atelier in Muiden bezig geweest om zijn grafisch-poëtisch kunstobject ‘Eindig in eeuwigheid’ te ontwikkelen en vorm te geven. Dit project staat op één strook papier van ruim 15 meter lang en een halve meter hoog. Het zijn figuratieve prenten, veelal in pasteltinten, die hij door middel van gedichten in twee verhaallijnen met elkaar verbond. Eén lijn heet ‘Schepping’; daarin zijn de dagen van de schepping uit de Bijbel verwerkt. De andere lijn heet ‘Jij en ik’. De lange rol wordt opgehangen op een doorzichtig rond scherm, waar inhoud en vorm dan samenkomen. Het unieke prentenobject is te zien in de Grote Kerk in Muiden.
Elzinga heeft een interessante loopbaan in de academische wereld achter de rug. Hij studeerde geneeskunde, werd onder meer hoogleraar fysiologie aan de Vrije Universiteit en eind jaren negentig voorzitter van het programma ter bestrijding van tuberculose bij de World Health Organization (WHO).
proefpers
Hij verrichtte altijd analytisch denkwerk op hoog niveau. Het is verrassend dat zijn prentenmakerij een gevoelskant laat zien en ambachtelijk is. ,,Ik ben vrij handig en het ambachtelijke vind ik leuk om te doen. Ik heb het mijzelf aangeleerd. Door het lezen van stapels boeken verdiepte ik mij in de verschillende technieken van grafiek. Eerst begon ik met afdrukken met een lepel en daarna gebruikte ik een mangel.” Uiteindelijk nam Elzinga een proefpers over afkomstig uit de Staatsdrukkerij. Een proefpers werd vroeger gebruikt voor het afdrukken van één exemplaar als voorbeeld om te kijken of een tekst wel goed was.
,,Gedichten schrijven is ook een ambacht. Je moet wel aanleg hebben en belangstelling voor taal. Maar het is ook heel veel oefenen en nadenken.” Het ontwerp maken was in eerste instantie een analytisch proces. ,,Het thema is eindig en eeuwigheid. Het komt voort uit één van mijn eerder geschreven gedichten: ‘Vuurvogel’. De vuurvogel (Feniks) stort zich in het vuur en iedere vijf eeuwen wordt hij uit het vuur weer opnieuw geboren. Een cyclisch gebeuren. Daarom is de vorm ook belangrijk om de prenten en gedichten op één strook papier te krijgen.”
Scheppingsverhaal
Voor het maken van drukvormen gebruikt Elzinga linoleum gelijmd op betontriplex. Hij zaagt daar dan figuren uit. Als een puzzel haalt hij deze vervolgens uit elkaar om elk stukje apart te bewerken met inkt. ,,Dan kun je dus veel kleuren in één drukgang in een prent krijgen. Elke afdruk op de lange strook moet natuurlijk wel meteen perfect zijn, als het mislukt ben je immers die strook kwijt. ”
‘Eindig in eeuwigheid’ zal op tournee gaan en in meer kerken geëxposeerd worden. ,,Het einde begint altijd opnieuw in eeuwigheid. Dit scheppingsverhaal is meer een soort metafoor van hoe wij hier zijn gekomen en waar gaan we naar toe? Het idee is van alle mensen en tijden, en iedereen kan er vast iets mee.”
‘Eindig in eeuwigheid’ van Gijs Elzinga is te zien in de Grote Kerk in Muiden. www.gijselzinga.nl